Aan de hand van welke criteria word ik getoetst?

blog_5Kandidaten worden getoetst op basis van een schriftelijke uiteenzetting. Deze uiteenzetting wordt beoordeeld aan de hand van de volgende toetsingscriteria. Elk onderdeel wordt beoordeeld als ‘voldoende’, ’twijfel’ of ‘onvoldoende’:

1 a. Kan de getoetste helder onder woorden brengen wat zijn/haar levensbeschouwing inhoudt, uit welke bronnen hij/zij put, welke tradities hem/haar inspireren en met welke gemeenschappen en/of personen hij/zij deze levend houdt? (beoordeling van opdracht 1a en 1b)

1 b. Kan de getoetste goed uitleggen wat het voor hem/haar betekent om levensbeschouwelijk zonder zending te werken en hoe die beweegredenen tot uitdrukking komen in zijn/haar werk? (beoordeling van opdracht 1a en 1b)

2. Kan de getoetste op het onder 1 a genoemde reflecteren, en daarbij verbanden met de eigen levensgeschiedenis leggen om zo te laten zien hoe de integratie daarvan in de eigen levensbeschouwing vorm heeft gekregen? (beoordeling van opdracht 1a en 1b)

3. Kan de getoetste omgaan met mogelijke spanningen tussen de eigen levensbeschouwing en die van anderen (onbegrip, conflicten)? (beoordeling van opdracht 2)

4. Kan de getoetste op het onder 3 genoemde reflecteren? (beoordeling van opdracht 2)

 

By | 2017-05-05T20:30:19+00:00 mei 2nd, 2017|0 Comments

About the Author:

Leave A Comment